Financiering overdracht blijft lastig thema

Participatiemaatschappijen en familiebedrijven zijn geen natuurlijke bondgenoten. Dat zegt Rolf Metz, directeur bij participatiemaatschappij Ecart. Toch kan een tijdelijk bondgenootschap volgens hem een uitweg bieden in overnamevraagstukken

Rolf Metz van Ecart vertelt aan het Financieele Dagblad dat bedrijfsoverdracht ingewikkeld kan zijn, omdat de bank vanwege de crisis vaak niet meer het hele bedrag kan of wil financieren. De krant wil weten hoe een familieondernemer zijn of haar bedrijf nog aan de kinderen kan verkopen. Volgens Metz is het betrekken van participatiemaatschappijen een mogelijke oplossing: “Door een derde partij in de transactie te betrekken, krijg je een objectivering van de waarde van het bedrijf.” Hij geeft echter ook aan dat participatiemaatschappijen en families niet snel een bond vormen. “De familie wil het bedrijf niet uit handen geven en is gericht op continuïteit, maar de investeerder op zijn beurt wil zeggenschap en de mogelijkheid zijn aandelen op termijn weer te verkopen”, aldus Metz.

Problemen bij opvolging
Dat er problemen zijn bij bedrijfsopvolging binnen families, is al langer bekend. Niet alleen de financiering van banken is een probleem. Kinderen in het familiebedrijf willen het bedrijf namelijk niet langer overnemen. Dat ook de Tweede Kamer deze situatie dreigend vindt, blijkt uit de motie die de Kamer vorige week heeft aangenomen. De minister van Economische Zaken brengt nu de problemen rondom opvolging in kaart en bedenkt ook mogelijke oplossingen.

Familiestatuut
Ook Ed van de Vijver, adviseur familiebedrijven bij BDO, en Francois Carstens, partner bij adviesbureau MESA FBC, reageerden op de vraag van het Financieele Dagblad. Van de Vijver onderstreept het belang van een familiestatuut, zodat er onder opvolgers geen tegenstrijdige belangen ontstaan. Carstens geeft aan dat de overdracht niet in één keer hoeft te gebeuren: “De overdracht van aandelen kan geleidelijk gebeuren. De kinderen betalen de koopprijs niet in één keer, maar lossen de verschuldigde som in bijvoorbeeld vijf jaar af uit de toekomstige winsten van het bedrijf.”

Blijf op de hoogte met onze maandelijkse nieuwsbrief